Tinley Academie
  • Home
  • Honden: lesaanbod
  • Katten: lesaanbod
  • Paarden: lesaanbod
  • Vogels: lesaanbod
  • Konijn-Cavia: lesaanbod
  • Diertraining: lesaanbod
  • Fotografie: lesaanbod
  • D.A.P: lesaanbod
  • AAI- Dieren in de zorg
  • TINFO- nieuwsbrief
  • Reviews
    • Portfolio Tinley Academie
    • Reviews Bedrijven en studenten
  • Contact
    • Contactgegevens
    • Studentenloket
    • Media-pers
  • Laatste Nieuws
  • Website Evaluatie
  • Home
  • Honden: lesaanbod
  • Katten: lesaanbod
  • Paarden: lesaanbod
  • Vogels: lesaanbod
  • Konijn-Cavia: lesaanbod
  • Diertraining: lesaanbod
  • Fotografie: lesaanbod
  • D.A.P: lesaanbod
  • AAI- Dieren in de zorg
  • TINFO- nieuwsbrief
  • Reviews
    • Portfolio Tinley Academie
    • Reviews Bedrijven en studenten
  • Contact
    • Contactgegevens
    • Studentenloket
    • Media-pers
  • Laatste Nieuws
  • Website Evaluatie
Tinley Academie al 22 jaar hét kennisinstituut op 't gebied van diergedrag
Foto

TINFO-hond september 2020

Kuddebewakers een interview met Louise Liebenberg door Gerrit Post

Foto
​​Voor deze TINFO hebben we een vragenlijst voorgelegd aan een expert op het gebied van kuddebewakingshonden. Waarom? Met de groeiende wolvenpopulatie in ons land zijn confrontaties, zeker rond vee, in toenemende mate te verwachten. Maatregelen nemen ligt dan in de rede. Dan kunnen we natuurlijk naar een fabrikant van elektrische hekken stappen maar dat is niet onze business. Kuddebewakers dus. Aangezien we experts op dat terrein in ons land niet voor het opscheppen hebben, kijk je naar het buitenland en toen kwamen we iemand tegen, van hier, die daar inmiddels een bestaan met schapen heeft opgebouwd en een ruime hoeveelheid publicaties op haar naam heeft staan. In Canada, daar woont onze expert, noemen ze wat wij Kudde BewakingsHonden (KBH) noemen Lifestock Guarding Dogs (LGD). Louise Liebenberg (www.grazerie.com) heeft daar letterlijk veel over te vertellen en we zijn heel blij dat ze dat ook voor ons wilde doen. 


 
​Kun je aangeven over welke aantallen het in jullie (Canadese) situatie gaat. Terrein, soort en aantal roofdieren en soort en aantal vee?
Mijn boerderij bestaat uit 510 ha eigen grond, en wij pachten er 380 ha bij. Ik heb ongeveer 100 vleeskoeien (Angus), rond de 300 ooien en 5 paarden. Ik run het bedrijf samen met mijn dochter. Het terrein is  een mengsel van open grasland en bos. Dit is de “sub arctic” dus de bossen zijn vooral populier en dan denachtigen. Wij hebben hier alle grote roofdieren: beren (grizzly en zwarte), cougars (poema), wolf, coyote, lynx, bobcat, veelvraat en een aantal kleine roofdieren zoals vossen en nertsachtigen. Wij hebben hier ook adelaars en raven, een groot probleem voor het vee.

Welke andere maatregelen tegen roofdieren hanteren jullie verder nog?
De kuddebewakers zijn eigenlijk de voornaamste maatregel tegen roofdieren, maar wij zorgen ook dat alle dode dieren opgeruimd worden zodat er geen aanleiding is voor roofdieren om hier vee te komen eten. Daarnaast controleren we veel, gebruiken stroomnetten en opstallen als er veel druk is door roofdieren. Kleine percelen maken dat de honden beter overzicht hebben. Wij lammeren in de winter af, waardoor we geen pasgeboren lammetjes op de weides hebben waar de kans groot is dat ze opgegeten worden.

KBH zijn al zo oud als de mensheid en op veel plaatsen ontstaan. Wat voor consequenties heeft dat in de huidige maatschappij; is iedere soort voor iedere eigenaar geschikt of voor ieder terrein, elk roofdier, iedere soort vee?
Ja, hier kan ik een boek over schrijven. De meeste KBH worden ingezet bij gehoede kuddes in hun land van herkomst. Hier in Noord Amerika worden veel kuddes niet gehoed maar in een weiland gehouden. Dat houdt in dat de KBH full time bij de schapen leeft, met weinig menselijk toezicht. Sommige rassen zijn wat harder of meer agressief dan andere. Veel mensen vinden dat de Pyrenese Berghond te zacht is voor het werk hier.  Met de toename van grote roofdieren is hier meer vraag naar agressieve rassen.  Ik denk dat de geschiktheid wordt bepaald door het terrein, de soort roofdieren, de druk van roofdieren, het aantal dieren enz. Ik vind dat er een ras en een plek is voor bijna alle eigenaren. De zachte rassen zijn vaak beter geschikt voor mensen die nooit met KBH hebben gewerkt. Het maatschappelijke deel is moeilijk. In Nederland vindt men het vaak zielig dat een hond een werkhond is, dus als ze een hond alleen bij een schaapskudde zien, dan denken ze al gauw dat de hond verwaarloosd is, of zielig.  Doordat deze honden groot en sterk zijn en vooral waaks vinden mensen ze ook snel eng. Die zullen blaffen naar wandelaars en vreemde honden. Ik denk dat het moeilijkste deel van het inzetten van KBH de publieke opinie is.

Bij het fokken van KBH zal ook sprake zijn van:’not fit for the job’. Wat doen jullie met de hondjes die overblijven? Zijn die geschikt als huishond?
Wij zorgen wel dat alle pups een redelijke socialisatie krijgen. Als een hond niet geschikt is als KBH kunnen wij ze nog vaak plaatsen als “farm dog” of als familie waakhond.  Ik heb ooit een hond die niet geschikt was voor kuddebewaking bij een sledehonden kennel geplaatst. Deze mensen deden bij de top wedstrijden mee (Iditarod, Yukon Quest enz). De racing sledehonden zijn vaak grote kennels met 70 tot 100 honden. Alle sledehonden zijn aan een paal en ketting gehuisvest (met een nachthok). Probleem is dat wolven en beren vrij makkelijk een hond kunnen vangen. Mijn hond was de bewaking voor de kennel van top sledehonden.

Normaal zullen KBH niet op een hondenschool verschijnen maar de bovengenoemde categorie mogelijk wel. Heb je tips voor instructeurs die een eigenaar met zo’n hond op les krijgen op een hondenschool?
Ja, er is een aantal eigenschappen die echt bij de kudde bewakers hoort, dat is vooral dat ze hondachtig agressief zijn; hun oorspronkelijke werk was kuddes beschermen tegen wolven. Ze blaffen veel, ze zijn onafhankelijk, eigenwijs en nemen hun eigen beslissingen. Ze worden vaak niet gemotiveerd door snoepjes en spelletjes. Ze beschikken over een vrij lage “preydrive” (de instinctieve neiging van een vleeseter om prooien te vinden, te achtervolgen en te vangen), maar wel over een stoutmoedig karakter.  Het zijn geen border collies die graag met jou willen werken, een KBH is gelukkig als hij lekker zijn eigen gang kan gaan. Echt goed willen luisteren is geen top eigenschap.

Bij blindengeleidehonden is er een ‘pensioenleeftijd’. Kennen KBH ook zoiets? Wanneer is dat dan en wat doen jullie met de gepensioneerden?
Wij laten een oude hond met pensioen gaan als wij vermoeden dat ze het risico lopen om zelf ten prooi te vallen aan roofdieren. Vaak beseffen de oude honden zelf dat ze het niet meer aankunnen. Deze oude honden verblijven dan vaak dicht bij de stal, of in een kleine wei dicht bij de boerderij. Vaak willen ze bij de schapen blijven en dan zorgen wij ervoor dat ze bij een kleine groep lammeren of groep rammen kunnen blijven.

In Nederland is het houden van schapen veelal bedoeld als begrazing om heide te onderhouden of op slecht toegankelijke terreinen zoals dijken het gras kort te houden. Dat houdt in dat kuddes vaak mobiel zijn en dat de afstand tot de boerderij/schaapskooi aanzienlijk kan zijn. Wat zijn daarvan de consequenties voor het werken met KBH?
Geen. In alle landen waar kuddebewakingshonden voorkomen (landen van herkomst) is dit de manier van schapen houden. Het is de KBH en een herder, de schapen worden gehoed.  De honden lopen samen met de herder en de schapen naar de gebieden die begraasd worden en dan vaak terug op stal ‘s avonds of terug naar een weide of kraal voor de nacht. Dit is eigenlijk de meest “normale” of natuurlijke manier  van werken met een KBH. Toen ik nog in Nederland hoedde,  had ik mijn KBH altijd bij mij en ‘s nachts verbleef zij bij de schapen in een nachthok, of bleef thuis met mij.

Uitgaande van jouw ervaring: zou jij een Nederlandse schapenhouder adviseren een KBH in te zetten of niet? En waarom?
Op sommige plekken wel, maar zoals ik zei, de publieke opinie en mogelijke weerstand zal moeilijk zijn. Ik denk dat er zeker kuddes zijn die juist heel goed met KBH kunnen werken en ook reguliere schapenhouders. Maar niet alle omstandigheden zullen geschikt zijn.

Zijn er ‘must reads’, los van jouw artikelen, die je lezers zou kunnen aanraden?
Deze boeken kan ik aanraden:
  1. Livestock Protection Dogs: Selection, Care and Training by Orysia Dawydiak (Author), David E. Sims (Author)
  2.  Brave and Loyal: An Illustrated Celebration of Livestock Guardian Dogs by Cat Urbigkit (Author)
  3.  Livestock Guardians: Using Dogs, Donkeys, and Llamas to Protect Your Herd by Janet Vorwald Dohner (Author)
 
Er zijn meer boeken die iets meer ras specifiek zijn, maar globaal zijn deze 3 de enige die ik zou aanraden. Helaas is er ook een aantal boeken geschreven over dit onderwerp die niet door de herders of gebruikers van KBH zijn geschreven, die informatie is zeer bedenkelijk.



Boekbespreking: Lappi en het meisje van Judith Lissenberg door Netty Drijver

Foto
Een recensie schrijven over het boek "Lappi en het meisje", geschreven door Judith Lissenberg, is eigenlijk overbodig omdat alles al op de kaft staat: 
wow leuk! lezen, voorlezen, beleven, doen

​Het boek is leuk voor alle leeftijden om te lezen, omdat je, meegenomen in het verhaal, zelf weer kind wordt. Ga je het voorlezen, dan komt het boek tot leven in de ogen van je gehoor. Door de grappige oefeningen beleef je allerlei hondgerelateerde zaken die je samen kunt doen. Je wordt echt uitgenodigd het boek steeds opnieuw te pakken om nog even te kijken. Hoe zag die oefening eruit? Hoeveel muisjes heb je geteld? Hadden je oma en opa vroeger een hond? 
Je leest over mensen- en hondengedrag en over spelregels die voor beiden gelden. Het boek hoeft niet nieuw te blijven maar kan intensief worden gebruikt door mensen en honden. 
De tekeningen van Suzanne Huijs zijn goed getroffen: zowel Judith als haar honden zijn heel herkenbaar. 
Kortom: een dikke aanrader voor (groot)ouders en kinderen van 0 tot 99 jaar. Een leuk doe-cadeau in de schoen of onder de boom! 
ISBN 978-90-830494-0-3


Lassie to the rescue door Judith Lissenberg

Foto
​Nu Lassie deze zomer zijn comeback heeft gemaakt, is het wel leuk onze honden iets heldhaftigs te leren. Kunnen ze ons bevrijden als we vastgebonden zitten?
 
Dat het gevlochten fleecetouw op de foto grijs is, heeft een reden. Ik gebruikte het eerder voor mijn workshop 'Vijftig tinten grijs'. Ook een bioscoopfilm, net als Lassie, maar dan eh... nét ietsje pikanter. De workshopdeelnemers werden dan ook een beetje bleek om hun neus toen ik de grijze fleecevlecht liet zien en zei dat we aan bondage gingen doen. Maar dat bleek een hartstikke leuke oefening, met een heldenrol voor de hond.

​Trek, trek, trek!
Nodig de hond uit met een fleecevlecht of ander zacht koord te spelen. Laat hem trekken aan het touw dat je daarbij eerst soepel en vervolgens met wat meer weerstand door je vingers laat glijden. Trek, trek, trek! Goed zo, dát is trekken! Sla het touw vervolgens losjes om je pols of been. Laat het uiteinde ervan aan de hond zien en vraag weer een 'trek'. Vervolgens kun je het touw met een makkelijk los te trekken knoop om je polsen of benen vastmaken. Uiteindelijk kun je iemand anders vragen om je (ergens aan) vast te binden. Help! Help! Lassie to the rescue!


De mening van Eberhard Trumler over de overeenkomsten tussen kinderen en honden opvoeden door Ineke Post

Foto
​Eberhard Trumler –zijn boeken– heb ik zo’n veertig jaar geleden stuk gelezen. Die boeken waren heilig voor me. Na ze tientallen jaren niet meer aangeraakt te hebben, heb ik ze nu weer opgepakt. Het mooie is dat ze mij opnieuw raakten. Hoe gedateerd zijn deze boeken van ruim een halve eeuw geleden?
Onderstaande samenvatting komt uit zijn boek ‘1000 tips voor de hondenvriend’ en in dit hoofdstuk heeft hij het over de opvoeding van kinderen en honden en de overeenkomsten daarin. Toen en nu een belangrijk item. Lees en oordeel zelf. Het gaat nadrukkelijk om de mening van Trumler.
 
De overeenkomst tussen kinder- en hondenopvoeding
Kinderen en honden hebben van nature de neiging zich aan oudere en verstandiger soortgenoten ondergeschikt te maken. Wilde honden passen dit principe bijzonder goed toe. Bij mensen ligt dit iets genuanceerder. Als je als mens de intentie hebt een voorbeeld voor je kinderen te zijn, hoef je geen onvoorwaardelijke gehoorzaamheid af te dwingen. Kinderen richten zich dan vrijwillig naar dat voorbeeld. Ontbreekt dat voorbeeld dan heerst er onzekerheid en groeit protest. De conclusie die Trumler hier trekt: Alleen degene die een kind goed kan opvoeden, heeft ook succes met de opvoeding van een hond.
Er zijn voorstanders van het idee om mensen die een hond willen houden een examen af te nemen, waaruit blijkt dat zij verstand hebben van het opvoeden van een hond. Anderen gaan verder en willen een verplicht examen voor het grootbrengen en opvoeden van kinderen. Trumler zet hierbij de kanttekening dat hij niet de ideale vader voor zijn kinderen is; doordat zijn kinderen bij en met honden zijn opgegroeid, is alles goed verlopen.
Zeker is dat een opgroeiende hond in een gezin alleen dan haalbaar is wanneer de volwassenen niet finaal te kort schieten. Ook hier hebben kinderen en honden weer gemeen dat zij één keer een misser snel vergeten. Gelukkig heeft de natuur dit goed geregeld, want geen enkele mens of hond is volmaakt. Daarentegen als de tekortkomingen ernstig worden dan kunnen kinderen zowel als honden dit wel uit hun bewustzijn verdringen, maar nooit uit hun onbewuste verwijderen. Tegenwoordig is het modern om kinderen als breekbare porseleinen poppen te zien en ze als zodanig te behandelen. Van het ene negatieve uiterste in het andere terechtgekomen. Kinderen wordt geen voorbeeld gesteld, consequent handelen is ver te zoeken en er wordt geen ouderlijke autoriteit geboden. Opvoeding zonder die autoriteit is helemaal geen opvoeding, maar het ontkennen van de echte aanspraken die onze kinderen hebben. Op die manier stoten we kinderen uit het gezin in plaats van ze erin te integreren.
De mens zou al lang uitgestorven zijn als er geen opvoeding zou hebben bestaan die gebaseerd was op de autoriteit van de ouderen met de meeste levenservaring. Door deze levenservaring werd iedere volgende generatie voorbereid op datgene wat haar te wachten stond. Dit geldt voor alle sociale dieren.
De basis van alle hogere levende wezens ligt in de erfcoördinaten die het skelet zijn, waarin het inplanten van de ervaringswaarden absoluut noodzaak is.
Mensen zowel als honden hebben een basisgedragspatroon dat aangeboren is. Honden zowel als kinderen kunnen zich heel goed aan nieuwe omstandigheden aanpassen. Kind en hond willen daarom weten waar zij bij horen en aan welke omstandigheden zij zich dus moeten aanpassen. Anders gezegd willen zij weten wat hun sociale plaats in de groep is. Dit streven komt voort uit hun eigen onzekerheid. Zekerheid krijgen ze daar waar de familieband goed is. Dat zorgt voor geborgenheid en hierdoor durven kind en hond toe te geven aan hun nieuwsgierigheid om buiten hun veilige omgeving te kijken. Dit is belangrijk, want deze nieuwsgierigheid maakt vooruitgang mogelijk.
Samenleven van kinderen en honden gaat alleen als ouders zich in beide verplaatsen. Naast alle paralellen die er zijn, blijven er toch verschillen die wij mensen nog in overeenstemming moeten brengen. Kinderen die niet aan honden gewend zijn, kun je niet zomaar bij honden zetten en evenmin kun je honden die niet aan kinderen gewend zijn aan kinderen overlaten.
Daarnaast speelt de individualiteit van kind, hond en ouders een grote rol. Pasklare gebruiksaanwijzingen zijn er niet. Wat blijft is de eigen verantwoordelijkheid.


Boekbespreking: 2 boekjes van Martine Burgers door Gerrit Post

Foto
​Zij die een sport beoefenen met hun hond zoals flyball en agility zijn er ongetwijfeld mee bekend. Voor anderen (zoals mijzelf) is het nog een onontgonnen gebied: dierenosteopathie. Hoe fijn is het dan dat er nu 2 boekjes zijn die inzicht in deze wereld geven. Martine Burgers (dierenosteopaat) schreef al een poosje geleden ‘Maar wat doe je nu eigenlijk …..?’, sinds kort vergezeld door ‘Luisterende handen’.
​
Natuurlijk zijn beide deeltjes -ieder rond de 100 pagina’s- los te lezen, maar de kracht zit hem in de combinatie. In het tweede deel proef je de reis die Martine heeft gemaakt in haar professionele ontwikkeling die over veel meer gaat dan goede of betere handgrepen. Het gaat vooral om de communicatie met de patiënt. Het belangrijkste lijken daarbij haar handen, vandaar de titel; dat is echter maar schijn. Martine communiceert ook op emotioneel niveau met de dieren onder haar behandeling via houding en gedrag. Ze beschrijft het zakelijk maar zeker met een portie emotie. Fijn om te hebben! Te verkrijgen via Martine zelf (www.martineburgers.nl).


Fearful Fido: Investigating dog experience in the veterinary context in an effort to reduce distress

 Applied Animal Behavior Science Volume 213 April 2019 - Samenvatting door Gerrit Post 
Foto
​Meer en meer gaan eigenaren van gezelschapsdieren (vooral honden en katten) zich interesseren voor het welzijn van hun dier(en). Een belangrijk aspect is uiteraard gezondheid. Wil je die gezondheid op peil houden dan is een bezoek aan de dierenarts (DA) -helaas- af en toe noodzakelijk. En daar treedt voor veel eigenaren soms een dilemma op. De enorme stress die sommige dieren ervaren bij de gang naar en het verblijf bij de DA is voor eigenaren soms zelfs aanleiding maar even af te zien van een bezoek en dat kan ten koste gaan van het welzijn. Klinkt bekend? Je bent echt niet de enige. Buitenlands onderzoek dat we hier gebruiken wijst uit dat maar liefst rond de 40% van honden- en katteneigenaren tegen DA-bezoek op ziet. Eigenlijk snap je niet dat DA’s daar niet actiever op inspelen. Het gaat potentieel om een forse omzetstijging!

In het artikel wordt uitgelegd dat er uiteraard heel veel ‘quick wins’ lijken aan te wijzen, maar dat het echte bewijs ontbrak. Die lacune vult dit artikel voor een flink deel op en -heel belangrijk- het geeft ook op onderdelen alvast een richting voor de oplossing. Het gaat hier te ver om het complete artikel te gaan vertalen. We beperken ons daarom tot het uitlichten van een aantal essentiële onderdelen. Daarbij is het wel zinvol om te bedenken dat in sommige landen een dierenarts degene is die zich bezig houdt met gedrag. Voor een gedragsconsult naar je DA …… 
Het geldt misschien niet voor iedereen, maar veel huisdiereigenaren zien op tegen een bezoek aan de dierenarts. Het is ook vrij duidelijk waarom. Aan je hond of kat uitleggen dat het echt voor hun eigen bestwil is, dat gaat er niet in. Ze komen in een omgeving die vreemd ruikt, waar een gladde vloer ligt (want hygiënisch), die hol klinkt omdat er weinig aankleding is en waar ze ook geconfronteerd worden met geluiden achter de deur van de behandelkamer. Iedereen die ooit heeft mee kunnen luisteren naar de behandeling van een gestreste kat, begrijpt dit. Voeg daar de ervaringen uit het verleden aan toe en het plaatje is compleet.
 
De dynamiek van een bezoek aan de dierenarts
De hond of kat ‘mag’ mee met de auto, maar wel op een ander moment dan ‘we gaan uit’. Voor veel katten is er extra stress, omdat ze in een mandje of bench vervoerd (lees: opgesloten) worden. O jee. Persoonlijke ervaring is dat daar in ieder geval al een herkenning optreedt. Nog geen problemen maar ‘frisse tegenzin’. Onderzoek ondersteunt dat want tussen de 10% en 78,5% van de eigenaren herkent het op enigerlei wijze optreden van verschijnselen op fysiologisch- dan wel gedragsgebied in en rond bezoek aan de dierenarts. In de onderbouwing in het artikel is daarover veel terug te vinden zij het wel met wisselende aantallen onderzochte individuen.
Dan zijn we ter plaatse. Een beetje slimme hond of kat herkent dat en reageert navenant. Het artikel is in die zin veelzeggend dat de grote lijn is dat er stress optreedt maar in welke vorm en wanneer is divers en blijft daarom vaag.
Ook zijn er flinke afwijkingen in de uitkomsten, mogelijk omdat het niet om grote aantallen gaat. Daarop is een uitzondering: het onderzoek van Volk vermeldt ruim 2000 gevallen en daar worden ook conclusies gemeld (Volk, J., Felsted, K., Thomas, J., Siren, C., 2011.
Executive summary of the Bayer veterinary care usage study. J. Am. Vet. Med. Assoc. 238 (no. 10), 1275–1282):

  • De eigenaar neemt het dier alleen mee naar de DA omdat een vaccinatie nodig is (33%)
  • Alleen al de gedachte aan een DA-bezoek geeft de eigenaar stress (26%)
  • Mijn dier heeft een hekel aan het bezoek aan de DA, denkt de eigenaar (38%)
  • Hond vertoonde High Salivary Cortisol [een hoog cortisol gehalte in het speeksel, stressteken] (32,1%)
 
Verder staan er in het onderzoek nog meer getallen vermeld die je te denken moeten geven: maar liefst 60% van de eigenaren rapporteert verhoogde stress in de kliniek terwijl bijna 30% spreekt van verhoogde stress in de behandelkamer. Gezien de voorgaande informatie kun je natuurlijk de vraag stellen in hoeverre de gemoedstoestand van de eigenaar hierbij een rol speelt maar uiteindelijk is het welzijn van onze dieren hierbij niet gebaat.
Het artikel wijdt nog verder uit over allerlei achtergronden van gedrag; die zijn erg interessant om te lezen maar dit laten we hier achterwege. Onze dieren en ook wijzelf hebben behoefte aan oplossingen. Wat kunnen die zijn?
Interessant genoeg geeft het artikel bij het opsommen van potentiële maatregelen een onderverdeling naar omgeving of ‘eigenaar’ van een maatregel.

  • Algemeen
    • Omgeving
      • Doe iets aan het geluid zodat een vriendelijker omgeving ontstaat en er minder schrikreacties komen door onverwachte geluiden.
      • Beperk het gebruik van schoonmaak- en oplosmiddelen om een betere geuromgeving voor het dier te maken.
      • Zorg voor een geuromgeving die positief is voor het dier (feromonen).
      • Verwijder sporen van gestreste dieren zoveel mogelijk (mogelijk strijdig met de tweede en derde bullet).
      • Zorg voor adequate verlichting, gedempt en warme kleuren.
      • Neem bouwkundige maatregelen om visueel een ruime overzichtelijke omgeving te creëren.
      • Zorg voor achtergrondgeluiden, bijvoorbeeld muziek.
      • Zorg voor non-slip vloeren voor meer verblijfscomfort.
      • Houd honden en katten gescheiden.
      • Zorg sowieso voor éénrichtingsverkeer door de kliniek.
    • Interactie
      • Neem afscheid van de witte jas. Persoonlijke ervaring ondersteunt dit. Het aantrekken van een witte jas door een van ons zorgde bij onze hond direct voor stress.
    • Beperken
      • Zorg voor effectieve maar diervriendelijke hulpmiddelen zoals goede muilkorven.
      • Als sedatie noodzakelijk is, doe dat dan zo snel mogelijk als de cliënt/patiënt binnenkomt.
    • Administratie
      • Houd bij voor iedere cliënt/patiënt combinatie wat er gedaan is en wat bleek te werken voor deze combinatie.
    • Trainen
      • Werk (continu) aan kennis van honden- en kattengedrag binnen de staf.
      • Werk (continu) aan communicatieskills binnen de staf.
  • Wachtkamer
    • Omgeving
      • Zorg voor een ‘gevoel van welkom’ voor dier en eigenaar. Niet alleen een kale ruimte met wat kale stoelen en een gladde vloer.
      • Plaats weegschalen niet op een verhoging en niet in een hoek. Honden moeten er nagenoeg ongemerkt op kunnen plaatsnemen.
      • Zorg voor geur en geluid binnen de context van de wachtkamer die een aangename sfeer bewerkstelligen.
    • Staf
      • Vermijd onnodige prikkels die verstoringen in de wachtkamer opleveren, zoals luide telefoongesprekken.
      • Vermijd geloop en gedoe rond de aanmelding van dier en eigenaar.
  • Behandelkamer
    • Omgeving
      • Maak gebruik van wat er is en ga niet uit van wat er moet. Wil een hond niet op de tafel? Misschien kan op schoot ook, of op de grond. Wees creatief!
      • Zorg voor ruime behandelkamers zodat iedereen (familie!) erbij kan zijn. Iets dat zeker in ‘het nieuwe normaal’ mogelijk discutabel is.
      • De ruimte moet zodanig ingericht zijn dat onnodig geloop en bewegen vermeden wordt.
    • Interactie
      • Laat het dier eerst tot rust komen in de behandelkamer. Laat een hond even snuffelen.
      • Maak een feestje van de behandeling. Gebruik voertjes en speeltjes om een plezierige ervaring voor het dier te creëren.
    • Beperken
      • Ga niet eindeloos door met dieren die heftig in verzet zijn/komen. Bedenk plan B (of C etc.). Geadviseerd wordt 3 seconden! Daarna wachten tot het dier weer voer aanneemt en zo niet dan afblazen. Nieuwe poging na eventueel enige training.
    • Administratie
      • Doe administratieve afhandeling zoals afspraken, betalingen, vaccinatieboekjes bijwerken etc. buiten de context van de behandeling.
    • Dierenverblijven (alleen bij uiterste noodzaak)
      • Houd diersoorten apart: honden bij honden, katten bij katten etc.
      • Zorg dat dieren elkaar niet kunnen zien.
      • Zorg voor ‘rijke’ omgevingen met speeltjes etc.
      • Houd een zorgvuldige administratie bij die bij het dier gehouden wordt, zodat iedere medewerker direct kan zien wat de status van dat specifieke dier is.
 
Praktisch gezien loont het zeer waarschijnlijk de moeite om op één of andere wijze hier als eigenaar door middel van positieve actie mee om te gaan: volg een cursus en/of maak in ieder geval goede afspraken met je DA. Kijk ook eens op www.dierenartstraining.nl  


​In Memoriam Arjen van Alphen door Gerrit Post

Foto
​Arjen: Kijk niet naar de buitenkant maar naar de binnenkant

Uiteraard was bekend dat Arjen’s gezondheid te wensen overliet maar zijn overlijden op 18 augustus 2020 kwam toch nog als een schok.
Samen met Francien Koeman was hij de bedenker en inspirator van de Roedelmethode. Samen schreven ze ook het eerste boek. De Roedel werd een begrip in de honden wereld. Vooral hun kijk op de relatie mens-hond waarop de ‘samenwerking’ gestoeld is, maakte het ‘speciaal’. Hordes mensen hebben de trainingen in de Ardennen gevolgd en er de vruchten van geplukt.
Hopelijk nog meer mensen zijn bereikt door zijn laatste boek: Basisboek Opvoeden van Honden. Een klassieker die in iedere kynologische boekenkast thuishoort. Daarin legt hij heel helder zijn visie neer over de relatie mens hond, gebaseerd op zijn visie hoe het ‘wezen hond’ functioneert.
Hij had nog zoveel plannen; helaas is het hem niet gegeven deze zelf tot voleinding te brengen. Aan ons de taak in zijn geest verder te handelen, ons realiserend dat er geen einde is aan ontwikkeling en dat het een proces is. Daarnaast past dankbaarheid en veel waardering.
Meer achtergronden over Arjen en zijn werk en visie op
(: http://deroedel.be/pdf/pratenmetjeneus.pdf) en (https://soundcloud.com/animalmatters)
Het werk van Arjen wordt voorgezet door Stichting de Roedel. Zie facebook pagina: ​www.facebook.com/RoedelmethodeVijlen   

Wil jij nu ook een gratis abonnement op de TINFO-hond? Schrijf je dan snel in en je hoeft geen nummer meer te missen.

Redacteuren TINFO-hond

Foto
Gerrit Post
Hoofdredacteur
Kynoloog, schrijver, trainer (GG, Jacht en Treibball)
Foto
Judith Lissenberg
Redacteur
​Creatief publicist, presentator,
​trainer. 
Foto
Netty Drijver
Redacteur
Kynoloog,
fokker,
​schrijver
Foto
Ineke Post
Redacteur
KI. KGT, Trainer (​GG, Hoopers, Obedience, momenteel Dogdance)
Algemene voorwaarden
​AVG Verklaring
Adres wijzigen
​Annuleringsformulier
Contact
Docentenlijst ​
Disclaimer
​Email wijzigen
Evalueren
​​(Her)examendata ​​
​
(Her)examen formulier​
​
Inloggen studentenadministratie
​Leslocaties Tinley Academie
​Links
​
Media-Persberichten
​Portfolio Tinley Academie
Spaaractieformulier
Vrijstelling aanvragen
​Overzicht van vrijstellingen

CONTACT

Foto
Foto
Heb je na het lezen van de informatie nog vragen? Wil je advies over een studie? We helpen je graag. Neem contact op met ons studentenloket. 
Foto
Tinley is een erkend leerbedrijf voor MBO leerlingen
Foto
Tinley Academie is kort, geregistreerd beroepsonderwijs
Foto
Je kunt bij ons met Ideal betalen
© Tinley Academie: al 22 jaar hét kennisinstituut op gebied van diergedrag 
  • Home
  • Honden: lesaanbod
  • Katten: lesaanbod
  • Paarden: lesaanbod
  • Vogels: lesaanbod
  • Konijn-Cavia: lesaanbod
  • Diertraining: lesaanbod
  • Fotografie: lesaanbod
  • D.A.P: lesaanbod
  • AAI- Dieren in de zorg
  • TINFO- nieuwsbrief
  • Reviews
    • Portfolio Tinley Academie
    • Reviews Bedrijven en studenten
  • Contact
    • Contactgegevens
    • Studentenloket
    • Media-pers
  • Laatste Nieuws
  • Website Evaluatie